Een prachtige route die de grillige kustlijn volgt, brengt ons naar Hermanus. Er zijn veel walvisuitzichtpunten langs de weg. Als we hooguit 5 kilometer onderweg zijn, spot Alfred er een. Krein draait een parkeerhaven in, we stappen uit de auto. De walvis is inmiddels ondergedoken. Na 5 minuten laat hij zich kort zien.
Dat je vanaf 300 meter een walvis kan zien, zegt veel over zijn omvang. We wachten nog 10 minuten. Ik geloof het wel. Samen met mij steken An en Krein ook de weg over naar de auto. Met het portier in de hand klinken oeh ’s en aah’s aan de overkant: ‘hij springt en spuit water in de lucht!’ Dat willen wij natuurlijk ook zien, we steken opnieuw de straat over. De walvis steekt nog een paar keer boven het wateroppervlak uit.
We vervolgen onze weg naar Hermanus waar je deze enorme beesten op slechts 10 meter afstand vanaf de kust kunt spotten; de Indische Oceaan is hier diep. Een wandelpad van 12 kilometer lang kronkelt langs de kust. De natuur is hier overweldigend, rotspartijen die in zee doorlopen waarop met bruut geweld golven stuk slaan. Rockdassies, een soort cavia maar dan zo groot als een konijn, zien we veelvuldig. Walvissen zijn er niet.
Desondanks toch blij dat we Hermanus hebben gezien en de mooie ‘whale-route’ hebben ervaren. Met weemoed stap ik ons appartement binnen, onze laatste activiteit ligt achter ons.