Stimulerende middelen

Ik mag gewoon zijn. Hoe mooi is dat? De stem uit mijn telefoon spreekt mij bemoedigend toe. ‘Wees dankbaar voor deze nieuwe dag.’ Ik zit in mijn nachthemd in een donkere kamer op de bank met rechte rug en hangende schouders.

Je weet misschien nog dat ik stoeide met de volgorde. Die heb ik chronologisch uitgeschreven, zo kon ik aan elke gebeurtenis een tijd koppelen. Het bleek dat mijn hoofdpersonage aardbeien plukte in december, ha ha. Ik kreeg overzicht en ging ‘gaten’ vullen; wat mist er nog naar mijn idee.

Tijdens het schrijven wat best oké ging, sluimerde er een gevoel op de achtergrond. Ik kon er niet direct de vinger op leggen. Het werd iedere dag sterker. Op een gegeven moment had het zich naar de voorgrond gedrongen en moest ik mijn pen neerleggen. Ik ontdekte wat het was.

Je bent nu wel druk aan het schrijven MAAR is de ontwikkeling die het hoofdpersonage doormaakt voldoende voor het verhaal of is er nog ‘een soort’ ontknoping nodig, een extra sausje? Rationeel kan ik deze vraag niet beantwoorden dus vond ik het gisteren tijd voor het inschakelen van mijn onderbewuste en downloadde een meditatie-app.

Ik deed nog iets anders vanochtend. Het schrijven van de ‘morning pages’ heb ik weer opgepakt. Deze term komt uit het boek ‘The Artist’s Way’ van Julia Cameron, een bijbel voor de creatieve mens. Het komt hier op neer dat ik elke ochtend drie bladzijden vol schrijf met alles wat op dat moment in mij opkomt zonder de pen van het papier te halen. Verrassend wat soms aan het oppervlak komt. Al vaker leverde het mij antwoorden.

Dat zijn dus mijn stimulerende middelen: meditatie en schrijven van morning pages. Wat zijn die van jou?

Eigen plek

Wat vond ik dat lastig in het begin, tijd vrij maken voor schrijven. Ik had geen vaste schrijfplek. Of ik zat in de kamer aan de eettafel of in de keuken op een kruk of op bed met een kussen in mijn rug.

Het is woensdag. Ik zit op de slaapkamer die ik net heb opgeruimd want rondslingerende kleding leidt af van het schrijven. ‘Mam, heb jij mijn geo nog gezien?,’ brult kind X van onderaan de trap. ‘Volgens mij in de keuken,’ roep ik terug terwijl ik al op sta en zelf ga kijken. Daar ligt hij op de fruitschaal. Nu ik toch in de keuken ben, kan ik meteen de vaatwasser uitpakken. De bel gaat. De bezorger van Post NL duwt mij een pakje in de handen met mijn naam er op. Ik scheur het open. Het is het shirt waar ik al drie weken op wacht. Meteen maar even passen. De telefoon gaat. ‘Mevrouw ik heb een vreselijk goed aanbod voor u.’ ‘Sorry, geen belangstelling.’ Ik leg de hoorn neer, zie een half uitgepakte vaatwasser, denk aan de boodschappen die ik nog moet doen maar zoek toch mijn schrijfblok weer op. Een kwartier staar ik naar een vel met bovenaan één geschreven zin. Vrijdag ga ik verder.

Ik liet alles voorgaan ondanks mijn geplande schrijfdagen op woens- en vrijdag, de dagen waarop ik niet werkte. Stukje bij beetje verbeterde mijn schrijfgedrag.

Het oude schuurtje in onze tuin sloopten we. Alfred bouwde een nieuwe, ik ondersteunde met timmer- en verfwerk. Na een jaar was daar mijn schrijfhut. Ik ging meer schrijven want als ik in de hut zit, schrijf ik, beloofde ik mezelf. Ook mijn omgeving hield hier rekening mee.

Ondanks dat ik het huis nu meestal voor mezelf heb, kinderen zijn uitgevlogen, schrijf ik in mijn hut. Er is geen wifi, geen deurbel en mijn mobiel blijft in huis achter. De vogels, vlinders en kikkers zijn mijn enige afleiding en dat is oké.

Stress

Weet je, ik word al een tijdje achtervolgd. Tot vandaag lukte het mij hem af te schudden. Nu heeft hij mij te pakken, ik zit vast in zijn klauwen. Hij zaait twijfel. Hij is stress. Vragen zwemmen cirkels in mijn hoofd:  is het blog oké? Is het leuk om te lezen? Is het niet te veel zendergericht? Moeten er meer schrijftips in? Kan ik het schrijven én voor lezers én voor schrijvers die een soortgelijke reis maken als ik?

Mijn hoofd voert een gesprek. Is dat nu zo belangrijk voor je dat je blog wordt gelezen? Wat maakt het uit? Je vindt het zelf toch leuk om te bloggen? Je leert er toch van? En je traint je schrijfspieren én je wordt je bewust van je eigen proces. Bovendien heb je nu toch die vrijheid om te kunnen schrijven. Hoezo stress?

Ik wil zo graag dat mijn boek wordt gelezen als het af is. Daar moet je je best voor doen, energie in stoppen. Ze zeggen dat je niet vroeg genoeg kunt beginnen met het werven van lezers. Promotie is net zo belangrijk als het schrijven van een goed boek, zeggen ze. Ze dat zijn de mensen die er verstand van hebben. Ook op de schrijversdag, georganiseerd door de schrijversacademie, werd dit benadrukt. “We zitten hier bij elkaar als schrijvers, MAAR … alleen met een goed boek schrijven, red je het niet. Jullie zijn ook ondernemers!’ Nou dat dus, zorgt bij mij voor stress.

Godzijdank nam ik op de schrijversdag deel aan de workshop ‘blog schrijven’. Kan ik tenminste iets doen aan promotie wat me leuk lijkt. Met de tips van Anna van Praag ben ik mijn blog gestart:

  1. Eén onderwerp per keer anders haken lezers af
  2. Schrijf rond de 300 woorden anders haken lezers af
  3. Schrijf met hooguit twee dagen er tussen anders haken lezers af

Vier blogs verder zit ik aan mijn schrijftafel, kijk uit het raam en heb hoofdpijn over de vraag of mijn blog het lezen waard is.

Ik heb geen antwoorden. Ik weet het even niet. Afgaan op mijn eigen gevoel, doen wat bij mij past, dat is de belangrijkste les die ik tot nu toe tijdens het hele schrijfproces heb geleerd. Keuzes maken op basis van gevoel. Alleen zwijgt mijn gevoel op dit moment.

Eén ding houdt mij overeind, schrijven vind ik nog steeds super leuk!

 

Sparren

Een groep onbekende vrouwen in de leeftijd van begin 20 tot eind 60 ziet elkaar voor het eerst. Er zijn twee mannen bij, één voor de groep, één in de groep. We stellen ons aan elkaar voor en vertellen waarom we hier zijn. Zo begon de eerste les van de basiscursus aan de Schrijversacademie.

Twee jaar zijn verstreken na deze eerste ontmoeting, een half jaar na het behalen van ons diploma. We hebben elkaar leren kennen en zijn meegegroeid met elkaars verhalen. Verhalen, zo geldt voor de meesten van ons die we (nog) niet delen met anderen, daarvoor is het nog te veel een onderdeel van onszelf en te kwetsbaar. En in een aantal gevallen is nog niet helder welke kant het op gaat.

Vandaag zijn we met z’n drieën. Veilig open met elkaar sparren over onze verhalen. De serveerster brengt drie cappuccino’s. Ik deel mijn uitdaging over de volgorde, dat ik alle tot nu toe geschreven teksten in één document heb gezet en ontevreden ben over het verloop. M klapt haar laptop open. Meteen is daar de serveerster ‘dit is geen werk-café.’ Ze stemt toe omdat we beloven het kort te houden. De aanpak van M is zeer verhelderend. Vlug stopt ze de laptop terug in haar tas. Het wordt drukker binnen, buiten sputtert het. We doen nog een rondje.

Zo fijn dat ze mijn verhaal kennen. Beiden verplaatsen zich in mijn hoofdpersonage om vandaar uit  tot een logische volgorde te komen, iets wat ik zelf niet had kunnen bedenken omdat ik er midden inzit en daardoor de afstand en de frisse blik bij mij ontbreken. Ik kijk nu met andere ogen. Goh, mensen wat waardevol dat sparren! Dankjewel collega-schrijvers!

 

977

31445 staat er in de linkeronderhoek van mijn scherm. Het aantal woorden dat mijn roman momenteel groot is. Deze bestond eerst uit allemaal losse delen. Voor de vakantie heb ik alle stukken tekst die ik tot dan toe had geschreven in één document samengevoegd. Op gevoel heb ik toen de volgorde bepaalt. Als ik het nu terug lees, denk ik dat mijn gevoel ook toe was aan vakantie.

Ik wil best moeite doen voor het lezen van een boek. Geen probleem als er in een flashback een andere flashback zit, het hoofdpersonage door verschillende personages op een andere manier wordt aangesproken, er gewisseld wordt tussen heden en verleden, als het maar duidelijk is. Waar ik gruwelijk van baal is als de volgorde zo complex is dat het nodig is dat ik terug blader, passages nogmaals lees om grip te krijgen op het verhaal. En waar ik zelf een hekel aan heb, gun ik mijn lezers ook niet.  

Dat is dus waar ik mee bezig ben; ruim vijftig pagina’s door ploeteren. Nadenken over een logische volgorde waar toch spanning in zit, ontbrekende woorden aanvullen, zinnen veranderen, overbodige teksten schrappen, maar ook teksten toevoegen voor het benadrukken of verduidelijken van het verhaal.

Na een aantal dagen van lezen en redigeren, schrijf ik vandaag een vervolg op een scene. Toen ik het las, vroeg ik mij af, hoe gaat het verder? Dat bedenk ik nu. Het kost mij geen moeite; automatisch speelt er zich een film af in mijn hoofd over het vervolg. Het zo exact mogelijk op papier krijgen, gaat minder makkelijk. Daar ligt de uitdaging, het zoeken naar de juiste woorden.

Om 11.30 uur verlamt de hitte mijn hersenen, ik stop. Voor ik mijn laptop dichtklap, kijk ik naar de cijfers links onderin de hoek: 32422. Yes, vandaag ben ik 977 woorden dichter mijn doel genaderd!

 

Pin It on Pinterest